Donderdag 21 mei – mijn oog is op jou.

21 mei 2015 - Paramaribo, Suriname

Ik ben vandaag in het Diakonessehuis, omdat de hulp is ingeroepen, niet alleen van de ziekenhuispastor, maar ook van de expert op het gebied van bevrijdingspastoraat, broeder Pansa. Het is niet de eerste keer dat het bevrijdingspastoraat aan de orde komt in deze blog, waarschijnlijk wel de laatste (er zijn nog maar een paar dagen over, formeel alleen morgen, wellicht ook nog zaterdag) De hulp is ingeroepen omdat er op een aantal afdelingen in het ziekenhuis verschijningen en verschijnselen zijn geweest die niet te verklaren zijn. Ik vertel het u zoals ik het hoor, gedurende de dag, uit de mond van verschillende medewerkers van het ziekenhuis, van verpleeg(st)ers, hoofdverpleeg(st)ers, afdelingshoofden en directieleden, uit alle niveau’s van de leiding van het ziekenhuis komen de verhalen. Er is sprake van hoge kindersterfte bij de kraamafdeling, een zelfmoord, er zijn mensen die een verschijning van een mens zagen, die kort daarop weer weg was, mensen die voelen dat ze beetgepakt worden, een hand voelen, een donkere gestalte in de nacht op de gang zien, die bij navraag blijkt daar niet te zijn geweest. En zo zijn er een aantal voorbeelden genoemd van de afgelopen tijd waarbij er iets onverklaarbaars was, iets dat niet zomaar paste in het hectische leven van het ziekenhuis. En omdat het het onverklaarbare betreft, het boven-natuurlijke, wordt de hulp van deze broeders ingeroepen. Samen met de pastoraal werkster, een zuster die sinds een paar jaar broeder Doth assisteert, vormen we een gebedsteam waarvoor ik ook word uitgenodigd, en gaan aan de slag. Het begin is het gebed in kleine kring, alleen ons vieren, in de kamer van br. Doth. We vragen om Gods leiding, en zijn bescherming voor wat er komen gaat. Het zijn geen machten van vlees en bloed waartegen wij strijden, zo omschrijft Paulus het, maar duistere machten, en het is niet onze eigen kracht waarin wij staan, maar die van God, zo benadrukt broeder Doth keer op keer.

Na het gebed gaan we als eerste naar de kraamafdeling, de verpleegsters worden verzameld in een centrale kamer. br. Doth opent met gebed, we zingen samen een aantal liederen, daarna volgt broeder Pansa met een gebed en zingen we nog een lied. De gebeden van de broeders zijn spontaan en vrij. Ze spreken over de macht van God en Christus’ heerschappij over de wereld en alles wat daarin is. Ze spreken over de heerschappij ook, over de machten en krachten die aan het werk zijn in de wereld. En in Zijn Naam, door de kracht van Zijn bloed, worden die machten een halt toegeroepen en worden ze weggestuurd, weg van de invloed die ze hebben in het ziekenhuis, op de verschillende afdelingen. Vervolgens lopen we gezamenlijk naar de plekken van de afdelingen waar de verschijningen en verschijnselen gezien en beleefd zijn, en bidden we gezamenlijk om Gods aanwezigheid en zijn zegen. Vanuit de verste hoek op de afdeling lopen we door de gehele vleugel terwijl we zingen “Er is kracht, kracht, wonderbare kracht, in het bloed van het lam”, het moet een bijzonder gezicht zijn geweest. Al lopende en zingende komen we aan bij het begin van de afdeling. Daar sluit broeder Doth af met een zegenend gebaar en de zegenwens.

Op een vergelijkbare manier, anders van vorm hier en daar, maar met dezelfde inhoud, vervolgen we onze weg, naar de Intensive-care afdeling en de kamers waar patiënten liggen. Telkens wordt herhaald dat duistere krachten, van welke vorm ook, geen macht hebben over deze plek, omdat de naam van Christus en de aanwezigheid van de Heilige Geest zorgen dat het huis een veilige plaats is. Er volgt ook een gebed met de zusters van dienst, midden op de gang, bij de zusterpost. Na afloop, als we de afdelingen langs zijn gegaan, sluiten we wederom af met een gebed, met alleen ons vieren, in de kamer van br. Doth.

Het was voor mij een bijzondere ervaring. Een ervaring waar ik de nodige tijd voor moet nemen om te laten bezinken. Vragen spelen in mijn hoofd zoals ‘maar wat is er nu écht gebeurd? Zijn er werkelijk geesten weggegaan? En hoe kunnen we dat weten?’ Ik besef me dat het ‘westerse vragen’ zijn: vragen die naar bewijs zoeken, naar tastbare zaken. En ik besef me meteen dat dit moeilijk is waar het dit thema betreft, niet omdat die tastbare zaken er niet zijn, maar omdat ze niet altijd zichtbaar zijn. Want ook weet en geloof ik dat onze Heer het niet zoekt in het spectaculaire, overdonderend tastbare, maar in het stille, het vredige. ‘De Heer was in de stilte die volgde’ (1Koningen 18, Elia ontmoet God op de Horeb)

En toch, ook de medewerkers van dit ziekenhuis zijn gebaat bij de antwoorden op deze vragen, ook al zullen ze die niet direct op deze manier stellen. Maar de tijd zal uitwijzen of er werkelijk een verandering heeft plaatsgevonden, en we mogen erop vertrouwen dat, wat we God vragen in zijn naam en naar zijn wil, ons geschonken wordt. En de broeders benadrukken vooral ook de verantwoordelijkheid van de mensen zelf. De woorden passen in de sfeer van het bevrijdingspastoraat: “de geesten zijn naar buiten, houd de deur op slot door te blijven bidden”. Maar de inhoud is ook anders te verwoorden: als je je (geloofs)leven niet op orde hebt, hoe kun je verwachten dat je werksituatie wel een ordelijke is, vrij van negatieve invloeden? En dat is natuurlijk een waar woord. De nadruk op geesten vertroebelt misschien ons blikveld, maar de inhoud staat niet ver van mij als westers ‘down-to-earth’  denkend mens. (Waarmee ik zeker het bestaan - en de invloed - van de geesten niet ontken.)

’s avonds ben ik met Mirella te gast bij de fam. Gesser in hun huis, dat zo nieuw is dat ze er nog niet eens wonen. Maar het is wel bijna af. We bewonderen (en zijn werkelijk onder de indruk van) de woning, met de grote ruime kamers, zelf ontworpen door deze broeder en zuster. Af of niet, voor de zegen van de Heer is het nooit te vroeg. En zo, redelijk spontaan, in kleine kring, mochten we samen met br. Harry en zr. Ria om een zegen voor dit prachtige huis bidden.

Foto’s

1 Reactie

  1. Douwe:
    27 mei 2015
    Mooi Mark, respect voor je benaderingswijzen en verwoording!